Waar komen koolhydraten vandaan?

De disacharide sacharose uit riet- en bietsuiker wordt ook wel kristalsuiker of tafelsuiker genoemd. Sacharose wordt gebruikt om eten en drinken zoeter te maken en zit veel in snoep en koek. In melk, moedermelk en melkproducten komt de disacharide lactose voor. De oligosacharide fructoseoligosacharide (FOS) zit in uien en artisjokken. De galactose-sacharose oligosacharide (GOS) met de naam raffinose komt voor in sojabonen en andere peulvruchten en knolgewassen. Deze oligosachariden wordt ook wel in gezuiverde vorm toegevoegd aan bepaalde producten om het vezelgehalte te vergroten en vanwege veronderstelde gunstige effecten op de darmfunctie (als prebiotica). Deze veronderstelde gunstige effecten zijn echter door de EFSA afgewezen. Lees meer over voedings- en gezondheidsclaims.

Belangrijke bronnen van de polysacharide zetmeel zijn graanproducten zoals brood, rijst en pasta, knolgewassen (aardappelen) en peulvruchten. De dierlijke variant van zetmeel is glycogeen, dat aanwezig is in (orgaan)vlees. 

Gezonde keuzes zijn koolhydraatbronnen die veel voedingsvezels bevatten zoals volkorenbrood, volkorenpasta, zilvervliesrijst en peulvruchten. Daarnaast zitten er in deze voedingsmiddelen B- vitamines en belangrijke mineralen, zoals ijzer, magnesium, chroom en zink. De zogenaamde suikeralcoholen of polyolen zoals sorbitol en xylitol zijn eigenlijk ook koolhydraten. Deze verbindingen komen niet of bijna niet voor in eten of drinken. Ze worden soms als zoetstof toegevoegd aan producten.